Lees alle verhalen
Binnen de Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen (SSgN) is veel aandacht voor het verbeteren van het onderwijs. Als Jenaplanschool proberen ze bij alle leerlingen hun talenten op te sporen en te stimuleren op een breed gebied: cognitief, sportief en creatief. Om dit nog meer kracht bij te zetten, lanceert de Onderwijs Ontwikkelgroep binnen de school volgend schooljaar een pilot voor eerstejaars leerlingen. Met als doel: leerlingen inzicht geven in hun eigen leerproces en hun zelfvertrouwen daarmee een boost te geven.
Onderwerpen als didactisch coachen, formatief handelen en metacognitie staan in het kader van de doorontwikkeling van het Jenaplan hoog op de agenda van de school. Toen een paar jaar geleden geconstateerd werd dat steeds meer leerlingen van 4 havo uitstroomden naar de mavo of bleven zitten, hebben diverse docenten, waaronder Marina Hartel, docent Engels, en Wim Steegmans, docent geschiedenis, de krachten gebundeld en is de kerngroep Onderwijs Ontwikkelgroep (OOG) ontstaan. “Waar we eerst individueel bezig waren met de ontwikkeling en verbetering van ons onderwijs, zagen we in dat het een niet zonder het ander zou functioneren als we echt resultaten wilden boeken. Bovendien wilden we niet met onze ideeën op de plank eindigen, want je moet blijven vernieuwen in het onderwijs.”
Leren leren
Samen met OOG hebben Marina en Wim een ideaalplaatje voor ogen: “Wat als we de motivatie van leerlingen terugkrijgen door de cijfercultuur deels overboord te gooien en ons veel meer te richten op leerlingen inzicht geven in hoe ze het beste kunnen leren? We gunnen het leerlingen dat ze een goed gevulde gereedschapskist opbouwen voor later. En dan niet een gereedschapskist met alleen maar zevens en achten. Maar een gereedschapskist met kennis, waarbij het draait om het proces hoe je tot die kennis gekomen bent.” Marina en Wim zijn ervan overtuigd dat het leerlingen meer rust en balans brengt als ze het hele idee om te leren voor een cijfer kunnen laten varen. “We bereiden leerlingen voor op een toekomst waarvan we niet weten hoe die eruit zal zien. Wat we uit onderzoek wel weten is dat het stampen van woordjes voor Engels je niet zo veel brengt op individueel vlak, ontdekken welke leerstrategieën goed voor jou werken daarentegen wel.”
Elementen uit Jenaplan versterkt
Als je je eigen leerproces beter onder controle hebt op cognitief en sociaal-emotioneel gebied, dan ontwikkel je veel meer zelfvertrouwen en kun je later beter met tegenslagen omgaan, is de gedachte van OOG. Wim en Marina realiseren zich dat hun ideaalplaatje van hoe ze onderwijs voor zich zien, uitdagend is in ons huidige onderwijssysteem. Dat heeft te maken met hoe het landelijk georganiseerd is. “We hebben niet de luxe om te vertragen als dat beter bij een leerling past. Doubleren heeft snel een negatieve lading, maar iedereen leert in zijn eigen tempo.” Dat is ook de reden dat op SSgN in de eerste twee jaar alle niveaus – van mavo tot vwo - bij elkaar zitten, zodat leerlingen de kans hebben om te ontdekken waar ze goed en waar ze minder goed in zijn. Marina: “Op onze school besteden we al buitengewoon veel aandacht aan talentontwikkeling, zo is de SSgN bijvoorbeeld een topsporttalentschool. Met de pilot die we volgend schooljaar lanceren willen we elementen uit Jenaplan – gesprek, werk, spel, viering en rust - nóg meer versterken.”
Nieuwsgierige leerlingen
De pilot start in drie eerste klassen. Alle kennis die daarvoor nodig is, wordt momenteel door OOG overgedragen aan de eerste groep van circa 20 docenten die de pilot in het nieuwe schooljaar gaan draaien. Leerlingen hoeven geen radicaal andere manier van lesgeven te verwachten. Het geven van de juiste tools staat centraal. Daarbij is het hele jaar cijferloos. In het eerste blok staan de basisvaardigheden centraal: hoe zit je in de klas? Heb je de juiste spullen bij je? Hoe maak je aantekeningen? Binnen alle vakken wordt aandacht besteed aan de basishouding van leerlingen. Marina: “We hopen de nieuwsgierigheid en leergierigheid van leerlingen die ze meenemen vanaf de basisschool vast te houden. Enerzijds doordat de cijferdruk weg is, anderzijds door ze te laten ervaren dat leren niet saai is maar juist interessant en uitdagend.” Het Jenaplan biedt daar allerlei mogelijkheden voor, omdat veel spel in het onderwijs verweven zit. Leerlingen moeten nog steeds woordjes leren en er zijn nog steeds meetmomenten, maar dan gericht op het geven van feedback. Wim: “We willen van elkaar leren – het uitgangspunt van Jenaplan – in een cijferloze omgeving waarin facetten als formatief handelen, didactisch coachen en metacognitie samenkomen. Zodat we aan kunnen sluiten bij de manier waarop leerlingen effectief kunnen leren en hen op die manier in hun kracht kunnen zetten.”
Moeite doen
Een voorbeeld van een leerstrategie die voor iedereen effectief is, is moeite doen. Het idee is dat als je moeite moet doen om te leren, als je moeite moet doen om iets uit te leggen, als je moeite moet doen om een stuk tekst of informatie te begrijpen: dan is het effectief. Een samenvatting twintig keer doorlezen is geen moeite doen. Wim: “Het moeilijke hieraan is dat leerlingen hier niet altijd zin in hebben. Maar omdat ik al een paar jaar met mijn leerlingen hiermee bezig ben, zijn ze er in de loop van de tijd steeds meer open voor gaan staan. Dat is de reden waarom ik altijd hamer op spreid, herhaal en varieer. Spreid je leermomenten, herhaal stof en varieer in de manier waarop.” Marina vult aan: “Het is zo leuk om te zien als leerlingen een aha-moment hebben van hoe het ook alweer in elkaar stak.” Zo mogen de leerlingen van Marina geregeld tijdens de les hun aantekeningen van de vorig les er niet bij pakken. “Ze krijgen dan van mij pen en papier en moeten vragen uit hun hoofd beantwoorden. Ze weten lang niet altijd alle antwoorden, maar ze raken wel over het onderwerp aan de praat met elkaar. Met dit soort opfrisopdrachten zijn mijn leerlingen het meest actief bezig. Ze leren hier ontzettend veel van.”
Een vruchtbare voedingsbodem
In het meerjarenplan wat de directie opgesteld heeft, hebben de pilotklassen een plek gekregen. Marina: “Dit geeft vertrouwen dat we op de goede weg zitten. We zijn al een keer van funderend onderwijs naar een Jenaplanschool gegaan, dus dit gaat ons ook lukken. De SSgN zal een Jenaplanschool blijven, maar de elementen binnen het Jenaplan zullen worden versterkt. Een collega tekende het laatste heel mooi met Jenaplan als voedingsbodem waar een boom uit ontstaat. Die boom wordt gevoed door drie wortels: metacognitie, formatief handelen en coaching. De boom staat symbool voor de leerling die de kans krijgt sterk te groeien en te bloeien. Het is een versteviging van wat we al deden en we zijn heel dankbaar dat we die ruimte daarvoor hebben gekregen.”
Wim Steegmans en Marina Hartel
Docent geschiedenis en docent Engels | De Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen (SSgN) | Verdere ontwikkeling van het onderwijs
“We creëren een gezonde voedingsbodem die leerlingen laat groeien en bloeien”
SSgN versterkt elementen uit het Jenaplanonderwijs met pilot van OOG
Onderwerpen als didactisch coachen, formatief handelen en metacognitie staan in het kader van de doorontwikkeling van het Jenaplan hoog op de agenda van de school. Toen een paar jaar geleden geconstateerd werd dat steeds meer leerlingen van 4 havo uitstroomden naar de mavo of bleven zitten, hebben diverse docenten, waaronder Marina Hartel, docent Engels, en Wim Steegmans, docent geschiedenis, de krachten gebundeld en is de kerngroep Onderwijs Ontwikkelgroep (OOG) ontstaan. “Waar we eerst individueel bezig waren met de ontwikkeling en verbetering van ons onderwijs, zagen we in dat het een niet zonder het ander zou functioneren als we echt resultaten wilden boeken. Bovendien wilden we niet met onze ideeën op de plank eindigen, want je moet blijven vernieuwen in het onderwijs.”
Leren leren
Samen met OOG hebben Marina en Wim een ideaalplaatje voor ogen: “Wat als we de motivatie van leerlingen terugkrijgen door de cijfercultuur deels overboord te gooien en ons veel meer te richten op leerlingen inzicht geven in hoe ze het beste kunnen leren? We gunnen het leerlingen dat ze een goed gevulde gereedschapskist opbouwen voor later. En dan niet een gereedschapskist met alleen maar zevens en achten. Maar een gereedschapskist met kennis, waarbij het draait om het proces hoe je tot die kennis gekomen bent.” Marina en Wim zijn ervan overtuigd dat het leerlingen meer rust en balans brengt als ze het hele idee om te leren voor een cijfer kunnen laten varen. “We bereiden leerlingen voor op een toekomst waarvan we niet weten hoe die eruit zal zien. Wat we uit onderzoek wel weten is dat het stampen van woordjes voor Engels je niet zo veel brengt op individueel vlak, ontdekken welke leerstrategieën goed voor jou werken daarentegen wel.”
Elementen uit Jenaplan versterkt
Als je je eigen leerproces beter onder controle hebt op cognitief en sociaal-emotioneel gebied, dan ontwikkel je veel meer zelfvertrouwen en kun je later beter met tegenslagen omgaan, is de gedachte van OOG. Wim en Marina realiseren zich dat hun ideaalplaatje van hoe ze onderwijs voor zich zien, uitdagend is in ons huidige onderwijssysteem. Dat heeft te maken met hoe het landelijk georganiseerd is. “We hebben niet de luxe om te vertragen als dat beter bij een leerling past. Doubleren heeft snel een negatieve lading, maar iedereen leert in zijn eigen tempo.” Dat is ook de reden dat op SSgN in de eerste twee jaar alle niveaus – van mavo tot vwo - bij elkaar zitten, zodat leerlingen de kans hebben om te ontdekken waar ze goed en waar ze minder goed in zijn. Marina: “Op onze school besteden we al buitengewoon veel aandacht aan talentontwikkeling, zo is de SSgN bijvoorbeeld een topsporttalentschool. Met de pilot die we volgend schooljaar lanceren willen we elementen uit Jenaplan – gesprek, werk, spel, viering en rust - nóg meer versterken.”
Nieuwsgierige leerlingen
De pilot start in drie eerste klassen. Alle kennis die daarvoor nodig is, wordt momenteel door OOG overgedragen aan de eerste groep van circa 20 docenten die de pilot in het nieuwe schooljaar gaan draaien. Leerlingen hoeven geen radicaal andere manier van lesgeven te verwachten. Het geven van de juiste tools staat centraal. Daarbij is het hele jaar cijferloos. In het eerste blok staan de basisvaardigheden centraal: hoe zit je in de klas? Heb je de juiste spullen bij je? Hoe maak je aantekeningen? Binnen alle vakken wordt aandacht besteed aan de basishouding van leerlingen. Marina: “We hopen de nieuwsgierigheid en leergierigheid van leerlingen die ze meenemen vanaf de basisschool vast te houden. Enerzijds doordat de cijferdruk weg is, anderzijds door ze te laten ervaren dat leren niet saai is maar juist interessant en uitdagend.” Het Jenaplan biedt daar allerlei mogelijkheden voor, omdat veel spel in het onderwijs verweven zit. Leerlingen moeten nog steeds woordjes leren en er zijn nog steeds meetmomenten, maar dan gericht op het geven van feedback. Wim: “We willen van elkaar leren – het uitgangspunt van Jenaplan – in een cijferloze omgeving waarin facetten als formatief handelen, didactisch coachen en metacognitie samenkomen. Zodat we aan kunnen sluiten bij de manier waarop leerlingen effectief kunnen leren en hen op die manier in hun kracht kunnen zetten.”
Moeite doen
Een voorbeeld van een leerstrategie die voor iedereen effectief is, is moeite doen. Het idee is dat als je moeite moet doen om te leren, als je moeite moet doen om iets uit te leggen, als je moeite moet doen om een stuk tekst of informatie te begrijpen: dan is het effectief. Een samenvatting twintig keer doorlezen is geen moeite doen. Wim: “Het moeilijke hieraan is dat leerlingen hier niet altijd zin in hebben. Maar omdat ik al een paar jaar met mijn leerlingen hiermee bezig ben, zijn ze er in de loop van de tijd steeds meer open voor gaan staan. Dat is de reden waarom ik altijd hamer op spreid, herhaal en varieer. Spreid je leermomenten, herhaal stof en varieer in de manier waarop.” Marina vult aan: “Het is zo leuk om te zien als leerlingen een aha-moment hebben van hoe het ook alweer in elkaar stak.” Zo mogen de leerlingen van Marina geregeld tijdens de les hun aantekeningen van de vorig les er niet bij pakken. “Ze krijgen dan van mij pen en papier en moeten vragen uit hun hoofd beantwoorden. Ze weten lang niet altijd alle antwoorden, maar ze raken wel over het onderwerp aan de praat met elkaar. Met dit soort opfrisopdrachten zijn mijn leerlingen het meest actief bezig. Ze leren hier ontzettend veel van.”
Een vruchtbare voedingsbodem
In het meerjarenplan wat de directie opgesteld heeft, hebben de pilotklassen een plek gekregen. Marina: “Dit geeft vertrouwen dat we op de goede weg zitten. We zijn al een keer van funderend onderwijs naar een Jenaplanschool gegaan, dus dit gaat ons ook lukken. De SSgN zal een Jenaplanschool blijven, maar de elementen binnen het Jenaplan zullen worden versterkt. Een collega tekende het laatste heel mooi met Jenaplan als voedingsbodem waar een boom uit ontstaat. Die boom wordt gevoed door drie wortels: metacognitie, formatief handelen en coaching. De boom staat symbool voor de leerling die de kans krijgt sterk te groeien en te bloeien. Het is een versteviging van wat we al deden en we zijn heel dankbaar dat we die ruimte daarvoor hebben gekregen.”
Binnen de Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen (SSgN) is veel aandacht voor het verbeteren van het onderwijs. Als Jenaplanschool proberen ze bij alle leerlingen hun talenten op te sporen en te stimuleren op een breed gebied: cognitief, sportief en creatief. Om dit nog meer kracht bij te zetten, lanceert de Onderwijs Ontwikkelgroep binnen de school volgend schooljaar een pilot voor eerstejaars leerlingen. Met als doel: leerlingen inzicht geven in hun eigen leerproces en hun zelfvertrouwen daarmee een boost te geven.
Wim Steegmans en Marina Hartel
Docent geschiedenis en docent Engels | De Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen (SSgN) | Verdere ontwikkeling van het onderwijs
“We creëren een gezonde voedingsbodem die leerlingen laat groeien en bloeien”
SSgN versterkt elementen uit het Jenaplanonderwijs met pilot van OOG
Lees alle verhalen